zaterdag 23 februari 2008

Québec-2

Als we opstaan zien we dat het zo'n 10 cm gesneeuwd heeft. Het winterkleed waaronder Québec reeds rustte, is dus nog wat dikker geworden. Aangezien het buiten bitterkoud is, besluiten we onze city trip te beginnen met enkele museabezoeken. Zoals je zult zien, is Québec echt een stad van superlatieven...

We beginnen met het Musée de l'Amérique Française, het oudste museum van Canada. Er is een interessante tentoonstelling over de Iroquois, de oorspronkelijke bewoners van Noord-Amerika. Zij leefden in zeer lange huizen (ook wel "longhouses" genoemd) gemaakt uit boomschors. Ze hadden in het museum zo'n huis nagebouwd - indrukwekkend. Voor de rest verheerlijkt dit museum uiteraard de Franse geschiedenis en cultuur, of wat had je gedacht :-) Het is echt ongelofelijk hoe groot de Franse heerschappij in Noord-Amerika ooit geweest is... Het heeft niet zoveel gescheeld of gans Amerika sprak Français!

Het seminarie grenzend aan het Musée d'Amérique Française


We brengen ook een bezoek aan het Musée de la Civilisation. Daar zagen we onder andere de leuke tentoonstelling "Dragons, entre science et fiction" en de architectuursexpo "Urbanopolis". Verder liet ook de fototentoonstelling "Mines des Ordures" een grote indruk op mij na.

Als lunch eten we een hartige pannenkoek in Casse Crêpe Breton. En dat smaakt!

's Namiddags nemen we een kijkje in het "Centre d'Interpretation de Place Royale". (Waarom geven de Quebécois trouwens altijd zulke ellenlange namen aan hun musea?). In dit centrum valt ons opnieuw op hoe belangrijk de handel in beverpels is geweest voor Canada. Van de 16e tot de 19e eeuw waren vilthoeden immers sterk in de mode, en om vilthoeden te maken heb je beverpels nodig. En omdat bevers enorm talrijk waren in Canada, ontstond er een hevige strijd om het monopolie van die winstgevende pelshandel. Een strijd tussen de verschillende Europese handelaars én de indianen, die de bevers vingen en dan omruilden.

Het oudste bedrijf van Canada, de Hudson's Bay Company, dankt haar bestaan trouwens ook aan de handel van beverpelzen. Aan dit bedrijf werd in de 17e eeuw het handelsmonopolie voor de pelzen toegekend. In de 18e eeuw was de "bevereenheid" de eenheid voor de ruilhandel met de indianen. Zo was één bever gelijk aan zes grote messen of vier pond geweerkogels; en waren tien bevers gelijk aan een geweer. "The Bay" is nu nog altijd één van de grootste winkelketens van Canada. Ze zijn in 1991 gestopt met het verkopen van bont, maar in 1997 weer herbegonnen...

Maar ik zal hier stoppen met mijn geschiedenislesjes ;-) ... Of nee, toch niet: in de kelderverdieping van het Centre d'Interpretation vinden we rekken vol 19e eeuwse kledij en we metamorfoseren onszelf naar de tijd van toen :-) Het grappige (?) was dat de andere museumbezoekers dachten dat wij bij het museum hoorden... en prompt foto's van ons begonnen trekken. Blijkbaar hebben wij wel iets weg van een 19e eeuws koppeltje :-S. Oordeel zelf maar:



's Avonds dalen we - zonder onze nek te breken - de "Escalier Casse-Cou" af en wandelen we door het smalste en één van de oudste straatjes van Noord-Amerika: de Rue du Petit Champlain.

Muurschilderingen op de 17e en 18e eeuwse gebouwen nabij Place Royale


Het is er zeer pittoresk... maar ook zeer toeristisch. Aangezien we zelf ook toeristen zijn besluiten we te dineren in het restaurant "Le Lapin Sauté", gelegen in dat smalste straatje :-) We smullen er van "Lapin à l'érable" en "Lapin aux deux moutardes", vergezeld van een karaf roze cider. Een waar feestmaal! We besluiten deze mooie dag met een frisse pint in de jeugdherberg.

1 opmerking:

Anoniem zei

I love the pictures of you two in the costumes! Very cute!